Traject 2

Onderzoeksvraag vanuit de opleiding

De opleiding SRW is steeds op zoek naar input uit de praktijk om als opleiding verder op in te kunnen zetten. Binnen dit kader heeft SRW als opleiding een aantal onderzoeksvragen vooropgesteld waarop zij graag, in afstemming met de praktijk, antwoord wil. De resultaten van BAP’s binnen dit traject worden meegenomen in concrete OPO’s de volgende academiejaren.


Hieronder vind je een aantal onderzoeksthema’s die vertrekken vanuit een vraag van de opleiding SRW. De stageplaats fungeert hierbij meestal als onderzoekscontext: zij moeten akkoord gaan dat je rond dit thema en met de aanwezigen op de stageplaats (begeleiders, leerkrachten, ouders, kinderen, jongeren, …) aan de slag gaat.


Om het overzichtelijk te houden, hebben we deze onderzoeksthema’s volgens leerlijn geclusterd.

Creativiteit

1. Wat zijn toegankelijke en kwaliteitsvolle apps voor een jeugdprofessional in het werken met kinderen en jongeren binnen een bepaalde praktijkcontext?

Sociale media en gamification zijn niet weg te denken uit de leefwereld van kinderen en jongeren. Welke toegankelijke en kwaliteitsvolle apps kunnen betekenisvol zijn in het werken met kinderen en jongeren? Je brengt diverse apps binnen een specifiek thema (omgaan met stress, structuur brengen, ondersteuning psychisch welbevinden,…) en het actueel gebruik ervan in de praktijk in kaart. Deze inventarisatie en good practices zullen gebruikt worden ter illustratie in het opleidingsonderdeel creativiteit.


Onderzoekscontext: de stageplaats of een andere praktijkorganisatie die akkoord is met onderzoek binnen hun setting rond dit thema.


Contactpersoon: Daisy Walk

Communicatie

1. Wat zijn creatieve methodieken om systemisch (i.e. met het hele gezin) in te zetten als jeugdprofessional?

Jeugdprofessionals ervaren soms drempels om met volwassenen en kinderen samen op een creatieve manier aan de slag te gaan. Dit ligt echter in de kern van de opleiding SRW, en biedt veel mogelijkheden. Breng in kaart welke creatieve methoden zich hiertoe lenen, hoe drempels kunnen worden genomen, verzamel good practices en ondersteun zo je eigen expertise maar ook die van je medestudenten.


Onderzoekscontext: de stageplaats of een andere praktijkorganisatie die akkoord is met onderzoek binnen hun setting rond dit thema.


Contactpersoon: Barbara Verbeek

2. Wat is de rol van de begeleider in groepsdynamische processen binnen gesloten instellingen of in steeds wisselende groepscontexten?

Elke jeugdprofessional erkent het belang van groepsdynamische processen, maar wat wanneer een groep jongeren zich in een specifieke context van een gesloten instelling bevinden (en dus minder vrijheid kent) of wanneer een groep tengevolge van de werking erg wisselend is (bvb korte opnameduur)?


Onderzoekscontext: de stageplaats. Dit is een gesloten instelling of een instelling die werkt met steeds wisselende groepscontexten en akkoord is met onderzoek binnen hun setting rond dit thema.


Contactpersoon: Pieter Mertens

Sociaalpedagogisch

1. Hoe blijven reguleren na de eerste duizend dagen in de praktijkcontext?

Het belang van infant mental health krijgt actueel bijzonder veel aandacht. De principes van infant mental health (bvb reguleren) stoppen echter niet wanneer kinderen groter worden. Maar wat betekent dit dan voor een lagere school kind of een puber? Hoe krijgt co-reguleren vorm in een leefgroep of in een klas? Je brengt regulatie-technieken en good practices in kaart. Deze inventarisatie zal gebruikt worden ter illustratie in de pedagogische leerlijn (pedagogie inleiding, complexe opvoedingssituaties).


Onderzoekscontext: de stageplaats of een andere praktijkorganisatie die akkoord is met onderzoek binnen hun setting rond dit thema.


Contactpersoon: Lore Dereymaeker

2. Hoe wordt omgegaan met vertrouwelijke informatie in het werkveld? 

Een stageplaats krijgt een vraag met betrekking tot een dossier van een andere organisatie waar een jongere op de wachtlijst staat. Een oma belt. Een jongere vraagt om informatie niet te delen met zijn ouders. Het is niet altijd even duidelijk wat wettelijk kan en mag. Hoe gaat het werkveld hier mee om? Welke houvast vinden zij? Met welke vragen blijven ze achter? Je gaat in het werkveld op zoek naar case studies en brengt good practices en heikele punten in kaart. Deze inventarisatie zal gebruikt worden in het OPO recht voor welzijnswerkers. 


Onderzoekscontext: de stageplaats of een andere praktijkorganisatie die akkoord is met onderzoek binnen hun setting rond dit thema. 


Contactpersoon: Jean-Pierre Mart 

3. Wat kan de betekenis van samenlevingspedagogiek (Micha De Winter) zijn voor de praktijk van de jeugdprofessional: wat staat de jeugdprofessional te doen? 

Sociale vraagstukken worden steeds meer herleid tot individuele zorgen die op individueel gedragsniveau moeten worden opgenomen. Opvoeding lijkt zo ook te worden verengd tot een individueel verhaal. Micha De Winter pleit voor een samenlevingspedagogiek waarin een integrale aanpak van collectieve agency en empowerment voorop staat. Wat kan dit betekenen voor wat de jeugdprofessional te doen staat? Op welke manier kan jouw praktijksetting meer de collectieve kaart trekken in hun werking, streven naar sociale rechtvaardigheid en misschien zelfs politiserend werken? Denkt jouw organisatie aan het werken met vrijwilligers, het meer betrekken van de wijk of omgeving waarin de organisatie gelegen is, of wil ze een krachtig signaal zenden naar beleid over structurele ongelijkheid? 


Onderzoekscontext: de stageplaats of een andere praktijkorganisatie die akkoord is met onderzoek binnen hun setting rond dit thema. 


Contactpersoon: Eva Brattinga

4. Hoe verhouden visie en pedagogisch handelen, pedagogische basis en pedagogisch leefklimaat zich tot elkaar in onze praktijkcontext? Doen wat we zeggen, en zeggen wat we doen in een leefgroep. 

Elke leefgroepenwerking heeft een visie die veelal mooi te lezen valt op de website. Deze visie is vaak een weerspiegeling van algemene beleidslijnen bijzondere jeugdzorg of de Nota Vroeg en Nabij. Maar wat betekent deze visie in de praktijk? Hoe vertalen woorden zich in acties en zichtbare elementen? Doen we wat we zeggen, en zeggen we wat we doen? Studenten bestuderen de website van de organisatie, visieteksten en beschikbare interne documenten (zoals bijvoorbeeld een kwaliteitshandboek of beschikbare zelfrapportage), brengen in kaart volgens welke principes of gedachtengoed een organisatie aangeeft te werken. Daarna brengt de student via observaties, photovoice, verzameling van artefacten en interviews het concrete pedagogische handelen en samenleven in de leefgroep in kaart. 


Onderzoekscontext: de stageplaats of een andere praktijkorganisatie met leefgroepenwerking die akkoord is met onderzoek binnen hun setting rond dit thema. 


Contactpersoon: Eva Brattinga 

5. Hoe verhouden visie en pedagogisch handelen, pedagogische basis en pedagogisch leefklimaat zich tot elkaar in onze praktijkcontext? Doen wat we zeggen, en zeggen wat we doen op een school.

Elke school heeft een visie die veelal mooi te lezen valt op de website. Deze visie is vaak een weerspiegeling van algemene beleidslijnen zoals een algemene pedagogische visie. Maar wat betekent deze visie in de praktijk? Hoe vertalen woorden zich in acties en zichtbare elementen? Doen we wat we zeggen, en zeggen we wat we doen? Studenten bestuderen de website van de organisatie, visieteksten en beschikbare interne documenten (zoals bijvoorbeeld een kwaliteitshandboek of beschikbare zelfrapportage), brengen in kaart volgens welke principes of gedachtengoed een organisatie aangeeft te werken. Daarna brengt de student via observaties, photovoice, verzameling van artefacten en interviews het concrete pedagogische handelen en samenleven in de school in kaart. 


Onderzoekscontext: een school (stageplaats of zelf gecontacteerd los van stage) die akkoord is met onderzoek binnen hun setting rond dit thema. 


Contactpersoon: Eva Brattinga 

6. Pedagogische thema’s in SRW 

Als jeugdprofessional zal je, ook na de opleiding SRW, steeds moeten blijven leren. Zo blijf je op de hoogte van nieuwe ontwikkelingen in de sector en kan je je verder verdiepen in relevante thema’s voor de praktijk. Wil je mee onderzoeken welke thema’s actueel, relevant, aanvullend of verdiepend zijn bij het curriculum van SRW? Hierbinnen kunnen verschillende pistes bewandeld worden, binnen de contouren van de opleiding SRW en het betreffende OPO (zie ECTS-fiche): 

  • Hoe krijgen we zicht op professionaliseringsnoden in stage-organisaties op vlak van (actuele) pedagogische trends binnen het werkveld en de bredere samenleving (grotere maatschappelijke evoluties)? 
  • Hoe kunnen we het samenwerken met jongeren en jongerenorganisaties uit het werkveld versterken binnen dit vak? 
  • Hoe kunnen we het ontwikkelen van de beroepshouding (leergierig, engagement, normatieve professionaliteit, kritische houding,…) van studenten versterken via het OPO pedagogische thema’s? 
  • Hoe kunnen we verbindend werken tussen studenten, docenten, alumni en werkveld versterken via dit OPO? 
  • Hoe kunnen we de doelgroep toeleiden naar het aanbod? 
  • … 

 

Door deel te nemen aan dit pilootproject kan je enerzijds het OPO voor de toekomst mee vormgeven en anderzijds ook heel concreet meewerken aan het OPO in het huidige academiejaar. 


Onderzoekscontext: de opleiding SRW en praktijkorganisaties


Contactpersoon: Lore Dereymaeker

Share by: