Beroepsprakijk in Sociale ReadaptatieWetenschappen
Met deze website krijgen studenten en stagementoren handvatten bij het OPO Beroepspraktijk in het curriculum van Sociale Readaptatiewetenschappen (SRW): kinderen, jongeren en welzijn. De leerlijn beroepspraktijk is een mix van stage, practica en opdrachten en is een essentieel onderdeel van de opleiding.
Enerzijds biedt het OPO studenten de kans om kennis, vaardigheden en attitudes in te zetten in het werkveld. Al in de eerste fase proeven ze via een engagement, bezoeken aan en verhalen van alumni, wat het werkveld kan zijn. In de volgende fases staat de stage centraal en worden studenten actief ingeschakeld in de dagelijkse werkzaamheden van een beroepskracht onder de deskundige begeleiding van een stagementor. Zo kunnen de studenten de geboden leerkansen in de praktijk maximaal benutten om te groeien tot een goede werkkracht.
Anderzijds biedt het OPO aan de opleiding en beroepskrachten de kans om een duurzame en constructieve samenwerking uit te bouwen. Vertegenwoordigers uit het werkveld zijn bij uitstek de garantie op een praktijkgerichte aanpak en inhoud . Dit is net de sterkte van een opleiding tot professionele bachelor.
We geloven in het enthousiasme en engagement van alle betrokkenen om dit leerproces tot een goed einde te brengen en we kijken alvast uit naar een leerrijke samenwerking!
Leen Van Den Broeck en Sven Van der Aa (opleidingsverantwoordelijken)
Inge Bijnens, Mark Bex en An Beghin (coördinatoren BPI, BPII en BPIII)
Alle lectoren beroepspraktijk
noot: in de teksten gebruiken we 'zij' omdat het merendeel van onze studenten vrouwelijk is, maar we bedoelen steeds 'hij/zij/die'.
Situering in de opleiding: van visie tot curriculum
De opleidingsvisie van SRW omvat vier pijlers:
- De jeugdprofessional werkt kind-, jongere- en contextgericht. Zij heeft oog voor het kind, de jongere, het gezin en de ruimere context en is daarnaast sensitief voor de diversiteit in de samenleving.
- De jeugdprofessional is creatief en zij kan innovatief en zonder vooraf gekende uitkomst aan de slag gaan in het werkveld. Zij werkt emancipatorisch, maakt hierbij gebruik van de krachten van alle betrokken actoren en laat zich leiden door (wetenschappelijke) theorieën en evidence-based practices.
- De jeugdprofessional gaat methodisch te werk. Zij doet dit door situaties te analyseren, adequate doelen te stellen, te kiezen voor passende methodieken of methoden, te evalueren en bij te sturen.
- De jeugdprofessional is geëngageerd. Zij profileert zich als wereldburger tegen menselijk onrecht en voor mensen- en kinderrechten.
Vanuit deze vier pijlers, aangevuld met de onderwijsvisie, komt de opleiding tot de doelstellingen voor de beroepshouding en competenties van een SRW-er. Hiermee zijn de afgestudeerden in staat om de uitdagingen in het werkveld aan te gaan.
Meer info? : ‘Beroepshouding’ en 'Evaluatiecriteria per kwadrant en per opleidingsfase'.
Leerlijn beroepspraktijk
De beroepspraktijk neemt in de professionele bacheloropleiding een aanzienlijk deel van de studiepunten in beslag (rood). Het aantal studiepunten vergroot per opleidingsfase: van 8 in de 1e, naar 12 in de 2e, naar 24 in de 3e opleidingsfase.
Na de stage BP III in semester vijf verankert de studente in enkele OPO’s de ervaringen vanuit de praktijk. Meer informatie vind je onder de knoppen:
Doorheen de leerlijn beroepspraktijk krijgen studenten de kans hun praktijkervaringen te verdiepen en te verbreden met medestudenten en een lector van de opleidingsinstelling. In de eerste opleidingsfase gebeurt dit tijdens wekelijkse lessen in klasgroep en in opdrachten. In de tweede en de derde opleidingsfase organiseert de opleiding practica en krijgen studenten opdrachten.
In BP I maken studenten kennis met het beroep en met het werkveld van de SRW-er door een laagdrempelige praktijkervaring, een bezoek aan een organisatie in het werkveld en ontmoetingen met stagiairs/ jeugdprofessionals uit het werkveld.
Vanaf BP II staat stage binnen de leerlijn beroepspraktijk centraal. Tijdens de stage worden studenten actief ingeschakeld in de dagelijkse werkzaamheden van een beroepskracht onder de deskundige begeleiding van een stagementor, een ervaren beroepskracht op de stageplaats.
In
BP III nemen de studenten geleidelijk aan volwaardig deel aan het team en bewijzen ze dat ze een beginnende collega kunnen zijn. De stagementor geeft hen na een inwerkperiode steeds meer de kans om deel te nemen aan alle taken die een jeugdprofessional opneemt.
